Point Stuart Wilderness Lodge

Vanuit Katherine zijn we, door Kakadu NP, 500 km naar het noorden gereden. We zitten nu twee dagen in de Point Stuart Wilderness Lodge. Dit is hier het einde van de wereld, het uiterste noorden van Australië, bij de monding van de Mary River en tegen de floodlands aan. Floodlands is het gebied aan zee dat in de regentijd, januari en februari, onder water komt te staan. Een soort Waddenzee maar dan anders.

Gisteren zijn we met een open Landrover deze floodlands -die nu grotendeels droog gevallen zijn- in geweest. Er worden kuddes runderen met flaporen gehouden voor het vlees. Verder leven er wallabies, verwilderde waterbuffels, dito varkens, en in de poelen de onvermijdelijke krokodillen. Het barst er van de vogels, allerlei soorten ganzen, reigers, ooievaars, eenden, arenden en zo voort. Schitterende vergezichten en zonsondergang. 

Vanmorgen zijn we met een boot de Mary River op geweest. Dat is hetzelfde laken een pak qua vogels en krokodillen, mooie grote Salties gezien. Verder prachtige vegetatie: oa grote bamboe, eucalyptus, cordyline, palmen, waterlelies en miljoenen Lotus planten met enorme bloemen. De ideale tropotuin. 

Naast de excursies zitten we op het enorme terrein van de Lodge en zonnen, lezen, spelen gitaar, en eten en drinken. We liggen in het zwembad en spelen waterpolo of lummelen met een waterzak. We observeren de weinige andere gasten, oa de stomme Amsterdamse familie Dikbil, maar ook wallabies, kaketoes, en vieze cane toads. De Aussies heten allemaal Greg en Tim en Dave en de een is nog aardiger dan de ander. Tim heeft een hele fraaie baard. Ik heb mijn eigen baard van twee weken voor het eerst gesoigneerd. 

Kortom, we beginnen ons te vervelen. Morgen rijden we Darwin, daar een dagje kijken en dan 's avonds op het vliegtuig naar Cairns. Bewoonde wereld, wel zin in. 

PS nog geen foto's, geen WiFi.